Follow me on Twitter

maandag 13 oktober 2014

Ding mee naar de Scriptieprijs Villamedia 2014 – Villamedia



Voor de dertiende maal looft vaktijdschrift Villamedia de Scriptieprijs Villamedia uit. De prijs is een bekroning voor de beste afstudeerscriptie van studenten aan een HBO- of WO-opleiding journalistiek. Ook afstudeerscripties van studenten uit andere studierichtingen zijn welkom, mits het onderwerp betrekking heeft op de media.

Scripties worden beoordeeld op originaliteit van onderwerpkeuze en op aanpak, stijl en diepgang. Er moet sprake zijn van eigen research en/of literatuuronderzoek, uitmondend in een oorspronkelijk, goed (‘journalistiek’) geformuleerd en prettig leesbaar betoog. De scriptie moet goedgekeurd zijn door de opleiding, tussen 14 november 2013 (toen de inzendtermijn van de vorige Scriptieprijs sloot) en 13 november 2014.
Er worden twee afzonderlijke prijzen toegekend: één voor een bachelorscriptie en één voor een masterscriptie.
Elke prijs bestaat uit een bedrag van 500 euro en een oorkonde.
De prijswinnaars worden bekend gemaakt in het eerste nummer van Villamedia van het jaar. De prijzen worden begin 2015 feestelijk uitgereikt gelijktijdig met de uitreiking van de Journalist van het Jaar.
De jury bestaat uit Aleid Truijens (voorzitter) en twee oud-winnaars van de prijs, Cyntha van Gorp en Ayolt de Groot. Meer informatie bij Jacqueline Wesselius (coördinator): 06-54956842, scriptieprijs@villamedia.nl
De scriptie moet uiterlijk 14 november in viervoud (in print!) en vergezeld van een samenvatting (1 A4, in Word of pdf) worden gestuurd naar Villamedia, t.a.v. Jacqueline Wesselius, Postbus 75997, 1070 AZ Amsterdam, onder vermelding van: Scriptieprijs. Voor aanlevering als pdf: eerst overleg! De samenvatting dient (ook) per e-mail (scriptieprijs@villamedia.nl) te worden aangeleverd.
Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd.

donderdag 25 september 2014

Au Bonheur des Dames - ou Au Malheur?

Wat een schrik was dat, toen ik op een avond uit Parijs terugkeerde. In de bus vanaf station Zuid naar huis zag ik een groot, schreeuwerig geel bord op een vertrouwde plek. 'OPHEFFINGSUITVERKOOP!' stond er op het bord. De winkel: Au Bonheur des Dames. Ik heb er veel voetstappen liggen en heel veel oorbellen en andere sieraden gekocht, voor mezelf en voor anderen. Het was zo'n vertrouwd adres, waarvan je zeker wist: hier slaag ik, hier vind ik wat ik zoek. En die winkel verdwijnt? Ik kon mijn ogen niet geloven.

Een paar dagen later ging ik poolshoogte nemen en kwam er prompt een vriendin tegen, die dezelfde reflex had. 'Tja, het is niet anders,' zei de eigenares, die de zaak veertig jaar had gerund.
'Ik heb geen goede opvolger kunnen vinden. En dus moet ik de winkel opheffen.'
'Niet leuk!' riepen wij in koor.
We waren niet de enigen, verzekerde Yvonne Leijten ons. En zelf vond ze het ook wel jammer. Maar het werd te zwaar, en ze wilde nog wel eens iets anders doen. Dus...

Bij wijze van troost stortten we ons op de sieraden in de uitverkoop - hoewel er volgens Yvonne Leijten 'al veel weg was' en de winkel 'pas in april 2015' definitief zou sluiten.

Au Bonheur des Dames is - behalve deze bijouterie - een roman van Emile Zola. Daarin gaat het over een warenhuis - Au Bonheur des Dames - dat duidelijk geënt is op het echt bestaande warenhuis Au Bon Marché, dat nog steeds bestaat, maar toen - in de jaren 1870... -  spiksplinternieuw was, één van de eerste warenhuizen in Europa en het eerste in Parijs.

Zola's roman beschrijft het reilen en zeilen van zo'n warenhuis waarin de mode voorop staat: hoe klanten verleid worden om te kopen, maar ook hoe het soms sappelen is en hoe employés elkaar naar de kroon steken.

Julius del Canho, de (belezen) grootvader van de huidige eigenares, noemde zijn winkel naar Zola's roman toen hij zijn bijouterie in 1913 aan de Heiligeweg begon. De naam werd een begrip voor vele generaties vrouwen (en sommige mannen). Een kwart eeuw na de oprichting kwam het filiaal in de Beethovenstraat erbij.

De bezetting maakte korte metten met de winkel. De familie Del Canho werd gedeporteerd naar Auschwitz - met uitzondering van de moeder van Yvonne Leijten, die als enige onderdook, en een van haar zussen, die naar Amerika was geëmigreerd. De Verwalter die Au Bonheur des Dames gedurende de bezetting moest beheren, maakte er een zooitje van.

Na de oorlog vond Leijtens moeder de zaak leeg terug. Ze leende een tientje van haar boekhouder en begon van voren af aan. Ze had toen nog alleen de winkel in de Beethovenstraat en daar maakte ze weer een mooie zaak van, met veel trouwe klanten. Yvonne Leijten nam vervolgens het stokje over en leidde de winkel ook nog zo'n veertig jaar.

Maar nu is het op. Over en uit. In Het Parool vertelt Leijten haar verhaal. Nog een paar maanden en dan is het echt voorbij, voorgoed voorbij... Laten we in ieder geval nog even profiteren van de opheffingsuitverkoop...


De gouden tijden zijn voorbij voor Au Bonheur des Dames - AMSTERDAM ZUID - PAROOL

dinsdag 13 mei 2014

Persbericht: zwangere vrouwen en kinderen in Europa geen toegang tot zorg - Dokters van de Wereld (persbericht)

Dokters van de Wereld (Médecins du Monde) schrijven:

In aanloop naar de Europese verkiezingen van 2014 presenteert het internationale netwerk van Dokters van de Wereld (Médecins du Monde) vandaag haar rapport over toegang tot zorg in Europa in tijden van crisis. Uit onderzoek onder bijna 30.000 bezoekers van de klinieken van Dokters van de Wereld blijkt dat vrouwen steeds meer gedwongen worden de kosten van prenatale zorg zelf te dragen. Dit is een direct gevolg van de bezuinigingen in de zorg door de Europese politiek. Dokters van de Wereld roept daarom Europese overheden en instellingen op nationale gezondheidssystemen toegankelijk te maken voor iedereen die in de EU woont.

Hoewel vrouwen en kinderen vanwege hun steeds grotere kwetsbaarheid speciale bescherming zouden moeten krijgen, blijkt uit het rapport dat juist zij meer van de crisis te lijden hebben dan andere groepen van de bevolking. In veel landen moeten zwangere vrouwen zonder ziektekostenverzekering alle kosten van prenatale zorg en de bevalling zelf betalen. Ongedocumenteerde vrouwelijke migranten hebben het zelfs nog moeilijker. Doordat zij de financiële middelen niet hebben, ontvangen zij deze zorg veelal niet of te laat. 

Uitkomsten onderzoek

In het rapport presenteert het internationale netwerk van Dokters van de Wereld de belangrijkste resultaten op basis van 29.400 consulten in zorgcentra en klinieken in 25 steden in acht landen (Duitsland, België, Spanje, Frankrijk, Griekenland, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland):

- Twee derde van de zwangere vrouwen had geen prenatale zorg gekregen voordat zij zich tot de Dokters van de Wereld centra wendden. Van degenen die geen toegang tot prenatale zorg hadden, kwam 43% veel later op consult dan raadzaam was. 

- Nog niet de helft van de kinderen was gevaccineerd tegen tetanus, hepatitis B, mazelen of kinkhoest. In sommige landen was dit minder dan 30%, beduidend lager dan het percentage voor de algemene bevolking dat rond 90% schommelt.

- Slechts 2% van de gebruikers van de Dokters van de Wereld diensten noemt de eigen gezondheid als reden van migratie. Dit gegeven ontkracht het argument dat regelingen voor sociale voorzieningen een grote aantrekkingskracht op migranten hebben. 

- 76% van de respondenten zegt minstens eenmaal met geweld in aanraking te zijn geweest. Bijna 20% van dit geweld vond in Europa plaats.
Voor het volledige persbericht, klik hier.

Oproep Dokters van de Wereld ondersteunen

Dokters van de Wereld brengt de boodschap onder de aandacht bij de internationale politiek. Wanneer deze ondersteund wordt door Nederlandse burgers staan zij nog sterker. Via names-not-numbers.org kan men daarom een petitie ondertekenen die aandacht vraagt voor vrouwenrechten. De handtekeningen worden vervolgens tijdens de Internationale Conferentie over Bevolking en Ontwikkeling in september 2014 aan de VN aangeboden.

donderdag 8 mei 2014

Gluten



Wat is (en niet: wat zijn) gluten? Veel mensen, vooral in de VS en vooral in Californië, volgen nu wat zij denken dat een glutenvrij dieet is. Ook in Nederland zijn er steeds meer - veel en veel meer dan de 1 op de honderd of zo die coeliakie heeft of dermatitis herpetiformis, twee vormen van de auto-immuunziekte die ook wel omschreven wordt als glutenintolerantie.

Vraag de eerste de beste 'coeliaak' wat gluten is en je zult een uitgebreid antwoord krijgen: een eiwit (gliadine en glutenine) dat in tarwe, rogge, spelt, gerst, kamut voorkomt en waarmee trouwens veel andere granen besmet zijn.

Vraag iemand die voor de lol glutenvrij is wat gluten is, en je krijgt deze antwoorden:



Ze hadden het hier kunnen opzoeken, livescience.com:

Of, in Nederland, hier, op glutenvrij.nl.

zaterdag 26 april 2014

Alain de Botton: l’art et la vie

See my new blog on the website of Le Monde.
Alain de Botton: l’art et la vie

Alain de Botton: l’art et la vie

Art is Therapy
Post-it géant au Rijksmuseum: l'art comme thérape
On dirait des Post-it géants. Des carrés jaunes couverts de textes et apposés ça et là dans les salles du Rijksmuseum, tantôt auprès d’une toile, d’une sculpture, d’une estampe ou d’un meuble, tantôt à l’entrée d’une salle, y compris le grand hall central.
Impossible de les manquer, ces Post-it. On ne peut pas y échapper. Le visiteur non averti en sera surpris, d’autant plus s’il a manqué le premier de ces « Post-it », à l’entrée, justement, expliquant qu’il s’agit ici d’une exposition, L’art est thérapie.
Alors, qu’est-ce qu’on lit sur ces papiers jaunes ? A propos de La ruelle de Vermeer,
La ruelle de Vermeer
La ruelle de Vermeer
par exemple : « (…) Cette peinture veut nous montrer que l’ordinaire peut être tout à fait spécial. (…) Elle soutient qu’il suffit de faire les choses modestes que l’on attend de nous. Le tableau vous demande d’être un peu comme lui-même : d’adopter l’attitude qu’il aime et de l’appliquer à votre vie. » Et la leçon à tirer de tout cela ? Le tableau offre une remède à la « maladie » suivante : « La vie est ailleurs, j’ai un désir de grandeur mal placé. »
Un peu plus loin dans la même Galerie d’Honneur, à la place – effectivement – d’honneur qui lui convient : La ronde de nuit de Rembrandt. Autre tableau qui offre une « thérapie » à une « maladie »’, à savoir : « Je ne supporte pas les endroits pleins de monde ; j’aimerais que cette salle soit moins encombrée. » Pour être pleine de monde, en effet, cette salle l’est. Pour qui ne prend pas l’audioguide et a besoin de lire le texte, il doit être difficile, voire impossible, d’y accéder, tellement les gens se pressent autour. Et le ‘remède’ ? «(…) Nous sommes ici (…) dans une foule, mais sans but collectif. Ceux dans le tableau sont ce que nous devrions être, une bande de copains, une véritable équipe (…). Mais étrangement, cette peinture nous montre aussi la solitude, car elle nous raconte ce qu’il nous manque quand nous nous sentons seuls. Et savoir ce que notre solitude cache est le premier pas pour en adoucir la douleur. »
La Ronde de nuit, de Rembrandt
La Ronde de nuit, de Rembrandt
Assez d’exemples. Vous saisissez l’idée. L’exposition et la ‘thérapie’ en question sont loin d’être ordinaires. Ne serait-ce que l’un des organisateurs en est Alain de Botton, philosophe britannique d’origine suisse et auteur de best-sellers comme Comment Proust peut changer votre viePetite philosophie de l'amour,L'architecture du bonheur, ouPetit guide des religions à l'usage des mécréants, pour ne nommer que quelques titres. Son complice pour cette exposition est le philosophe et historien d’art John Armstrong, lui-même auteur de plusieurs livres (Love, Life, Goethe, ou In Search of CivilizationLife Lessons from Nietsche etComment apprivoiser l’argent). Armstrong, Ecossais vivant en Australie, est co-auteur du livre Art as Therapy (L’art comme thérapie - modification minuscule par rapport au titre de l’exposition, mais grande différence de signification).
Alain de Botton. foto Vincent Mentzel 2014
Alain de Botton. foto Vincent Mentzel 2014
Cette exposition – ou plutôt cette réinterprétation des œuvres qui sont là de toutes façons – veut nous montrer l’art sous un jour différent, afin d’en tirer des leçons pour notre vie de tous les jours. Iconoclaste ? Bien entendu, comme tout ce que fait Alain de Botton. Sujet à controverse ? Pour sûr. Mais il souligne aussi que, autrefois, l’art avait bel et bien un but pratique. Dans sa présentation, il nous montre une affiche de propagande nazie , avec Hitler en héros au premier plan. De la propagande ? Certes, « pour le mal ». Mail il y eut aussi, soutient-il, de la propagande « pour le bien ». Et il nous montre, entre autres, des dessins (fin 16e siècle) illustrant des leçons de morale autour de l’argent : « la pauvreté se porte plus légèrement que la richesse » (il est plus facile de se bien se conduire si on est pauvre que si on est riche), « des parents pauvres rencontrant leurs enfants riches » (il faut savoir être prévoyant et ne pas gâter ses enfants en leur donnant tout ce que l’on possède).
Ce n’est pas par hasard qu’on trouve là des thèmes chers à De Botton, qu’il propage tout au long de son œuvre, qu’elle soit écrite, multimédiale – ou sous forme de la School of Life, « école »de la vie ouverte à Londres, puis à Melbourne, au Brésil et qui vient d’ouvrir deux « succursales » en Europe, à Amsterdam et à Paris (28, rue Pétrelle, 75009).
Ouverture de la School of Life in Amsterdam
Ouverture de la School of Life in Amsterdam
Ce n’est pas par hasard non plus que l’inauguration officielle de laSchool of Life Amsterdam s’est faite au même moment que le vernissage au Rijksmuseum. L’ambiance, certes, fut très différente – même pour les présentations à la presse. Si celle du « Rijks » était suivie par des journalistes de tous bords, dont beaucoup de critiques d’art, l’ouverture de la « School of Life » attirait une foule très « tendance », où l’on notait beaucoup de jeunes gens au jeans (trop) serrés, aux chaussures jaunes (trop) pointues, à la chemise blanche portée sur le pantalon et à la barbe de deux-trois jours. Et beaucoup de jeunes femmes habillées de noir, longues, longilignes, aux jambes qui n’en finissaient pas au-dessous des jupes ultra-courtes et au-dessus des talons aiguille. De Botton et Armstrong contrastaient heureusement dans leur costume classique – Armstrong modeste, à l’arrière-plan, De Botton omniprésent, souriant, volant d’un groupe à l’autre, prêt à répondre à toutes les questions – même celles mettant en question le concept même de sa School of Life.
A l'ouverture de la School of Life Amsterdam
A l'ouverture de la School of Life Amsterdam
Et c’est vrai qu’il serait facile d’être cynique. Car les titres des cours, pardon, des « classes » (tous les titres sont en anglais, même si les cours sont donnés dans la langue du pays), « Comment être dans une relation (ou non) », « Comment améliorer vos conversations », « Comment se faire moins de soucis d’argent » permettent de se poser des tas de questions. Qu’y apprend-on, au juste ? « tout ce qu'on n'a pas appris à l'école. A être heureux, à faire durer l’amour ou encore à réaliser son potentiel. » dit le site du siège parisien, ouvert depuis fort peu également. Mais encore ?
Les enseignants (en majorité des philosophes, mais aussi, par exemple, des économistes ou des experts en organisation) promettent d’éclairer tous les problèmes de la vie quotidienne à l’aide de la philosophie, de la psychologie, mais aussi de l’économie par exemple – le tout sans dogmatisme, sans « l’optimisme à l’américaine », mais avec légèreté et aussi du sérieux. Vaste programme.
Les cours sont soutenus, pourrait-on dire, par les livres, des petits volumes genre « guide pratique »(« How To… ») ou bien genre « Que sais-je ? », mais plus jolis, et des gadgets divers et variés, comme les carnets de notes pourvus d’une petite introduction à l’un des grands philosophes, de « bougies utopiques », d’aphorismes distribués généreusement, du genre « la preuve d’une bonne éducation : l’enfant n’a aucun désir de devenir célèbre », ou encore : « N’interrompez jamais votre ennemi quand il est en train de commettre une erreur ».
Il serait facile d’y voir le résultat d’un service de marketing extrêmement bien huilée. Il serait facile aussi de critiquer le système de franchising, qui fait que « Londres » tient tout fermement en main sans laisser aucune possibilité d’adaptation au pays – ce qui ne rend pas la vie des représentants « locaux » plus facile. Il serait encore facile de dénoncer le côté « secte ».

Ariane Huffington
Ariane Huffington
D’un autre côté, notamment l’école de Londres a (eu) des invités intéressants : Ariane Huffington, Richard Hytner de Saatchi & Saatchi, par exemple. Et il y l’enthousiasme, la générosité même, de ceux qui enseignent et qui organisent. « Si on voulait gagner de l’argent, on vendrait des hamburgers », ne se lassent-ils pas de répéter. (En attendant, les livres d’Alain de Botton se vendent comme des petits pains, mais ça, c’est une autre histoire.) Et notamment les cours de l’école de Londres ont enchanté des dizaines de milliers « d’étudiants ».

Laissons-leur donc le bénéfice du doute et allons-y voir de plus près un jour ou l’autre. Et ce qu’il faut très certainement aller voir, c’est l’exposition auRijksmuseum. Ne serait-ce que parce que tout « prétexte »est bon pour aller (re-) visiter ce très beau musée. Et comme prétexte, on pourrait en trouver de plus mauvais… L'exposition dure jusqu'au 7 septembre. Vous avez tout l'été...
L'art et la thérapie par l'humour

Share and Enjoy

zondag 13 april 2014

Expositie Femia Morselt in Rosa Spierhuis

Vanaf vandaag, 13 april, exposeert Femia Morselt, samen met Taeke de Jong, in het Rosa Spierhuis in Laren.
Ga dat zien,  het is de moeite waard!
Dagelijks te bezichtigen van 10.00 uur tot 16.00 uur,  tot 8 juni 2014.

vrijdag 11 april 2014

Geen tijd voor Proust - wel tijd om te luisteren!

Geen tijd voor ProustOns koorlid Jelle Noorman is geïnterviewd in het VPRO-programma 'Nooit meer slapen' (luister terug op de website).

Behalve bas in Magna Voce en (na 7 jaar scheidend) voorzitter van dit koor is Jelle Noorman sinds jaar en dag vertaler (o.a. van de meeste boeken van Alain de Botton) en daarnaast ook schrijver. Na een drietal essays, voornamelijk over Frankrijk, publiceerde hij nu zijn eerste roman, 'Geen tijd voor Proust'.

Luister dus allen naar het interview van Jelle door Emmie Kallau! En beter nog, lees zijn boek (te koop in de betere boekhandel. De meeste van zijn andere boeken - zijn eigen boeken en zijn vertalingen - zijn ook te leen/te lezen in de OBA.


Kijk voor het interview in 'Nooit meer slapen' op vpro.nl. Of makkelijker nog, luister het gesprek hier terug.

Jelle Noorman: Geen tijd voor Proust. Uitg. Atlas 2014, 400 blz., ISBN 9789025442767, € 24,99.
Jelle Noorman publiceerde eerder 'De haan op de mesthoop, een culturele geschiedenis van Frankrijk', (2001, Atlas), 'Een culturele geschiedenis van Frankrijk' (2007, Olympus) en 'Mijn Frankrijk' (2004, Atlas; 2008, Pandora).

ShareThis